Gegrilde pompoen

september 28th, 2011

Belofte maakt schuld… hier de gegrilde pompoen: wij hadden zo’n mooi knaloranje pompoentje, vers uit de moestuin van Martine.

Halveer de pompoen en snijd  hem in dunne parten, iets meer dan een centimeter dik. De pitten eruit halen, de schil kan er gewoon aan blijven zitten. De schijven vermengen met olijfolie en een mengsel van zout, paprikapoeder, korianderpoeder, tijm, cayennepeper en uien-poeder (of verzin zelf iets lekkers). Op hun platte kant een bakblik leggen (zorg dat ze niet aan kunnen bakken, dus bakpapier of olijfolie gebruiken, bijvoorbeeld) en ze ongeveer 20 minuten bakken in een oven van zo’n 180 graden.

Supersimpel maar heerlijk, als bijgerecht bij van alles en nog wat. En de schil kan gewoon gegeten worden.

 

Tofu-salade en rijst

september 27th, 2011

Een heerlijk en simpel receptje met rauwe tofu (of tahoe). Koop hiervoor een blok zachte, verse tofu bij de toko, de supermarkt-variant is echt minder lekker.
Dit gerechtje maak ik per persoon in een mooi chinees kommetje.

Snijd de tofu in blokjes van een kleine centimeter en leg ze in de kommetjes. Een rode peper heel fijn snijden en over de tahoe strooien (maar ik behelp me bij gebrek aan rode peper ook wel met een theelepeltje sambal). Vervolgens fijngeknipte koriander over de kommetjes verdelen en een in ringetjes gesneden bosui. Wat dunne, lichte sojasaus erover en een paar druppels sesamolie. Tenslotte in een koekenpannetje een scheut zonnebloem- of arachideolie verhitten en een kleine eetlepel daarvan in de kommetjes gieten, door de hitte gaat het lekker knetteren. Klaar. Serveren en met stokjes eten!

Ik serveer het met gekookte rijst en gewokte chinese kool (wat gehakte knoflook in olie en vervolgens de in grove repen gesneden kool, afmaken met een scheut oestersaus).

Artisjokkengratin met jonge geitenkaas

september 5th, 2011

Goede berichten uit Nijmegen: de artisjokkengratin die voor het feest bedoeld was, maar nooit het buffet bereikte, blijkt gelukkig toch nog met smaak verorberd te zijn. Hij leek mij zelf eerlijk gezegd ook heel lekker, dus ik durf het risico aan hem te beschrijven zonder hem geproefd te hebben…

Ik gebruikte artisjokkenbodems. Deze waren diepvries, dus ik kookte ze nog een minuut of vijf en sneed ze toen in plakken van ongeveer een centimeter dik. In een laag in een ovenschaal leggen. Vervolgens maakte ik een dikke bechamelsaus. Die heb ik al vaker beschreven, zie bijvoorbeeld hier en hier.
Met dit verschil dat ik eerst een flinke gesnipperde ui met wat zout in de boter glazig en zoet (en niet bruin!) liet worden. Daarop een flinke schep bloem en er een samenhangende bal van roeren. Melk erbij, aan de kook laten komen en weer roeren tot het een samenhangende bal is. Enzovoort. Het moet een behoorlijk dikke saus blijven, want van de artisjokken komt waarschijnlijk nog wel wat vocht af.
De saus wordt op smaak gebracht met een paar eetlepels verse jonge geitenkaas (een smeerbare) en wat zout en peper. Over de artisjokken in de schaal gieten en bestrooien met een mengsel van geraspte Goudse en Parmezaanse kaas. Peterselie erover knippen, en ik schat zo’n 30 minuten in de oven tot alles lekker bubbelt en de bovenkant gegratineerd is.

En als het goed is krijg je dan dus zo’n soort plaatje:

artisjokkengratin

Geen artisjokken? Ik verwacht dat het ook heel lekker kan zijn met bijvoorbeeld bloemkool of broccoli…

Koolrabi en worteltjes met knoflook

augustus 27th, 2011

Tja, en dan was er nog die andere helft van het kinderhoofdje… De bovenste helft van die hele grote koolrabi van eergisteren bleek nog helemaal goed bruikbaar, weinig vezels te bekennen. Ik sneed er weer plakken van, sneed alleen de schil er ruim af en controleerde de kern op vezeligheid, maar er was weinig te bespeuren. Ik heb geen idee of dit  representatief is voor alle koolrabi, maar deze was dus, ondanks zijn grootte, heel lekker mals.

De plakken gingen weer in kleine dobbelsteentjes die even in zout water geblancheerd werden. Intussen sneed ik drie forse tenen knoflook in plakjes, en een flinke lente-ui in ringetjes. En verder had ik nog een paar hele mooie kleine zomerworteltjes, die ik in zijn geheel schrapte. In een grote koekenpan een scheutje olijfolie, en daarin de uitgelekte koolrabi en de knoflook wat aangezet. De worteltjes erbij en de lente-ui. Samen zachtjes bakken tot het geheel gaar en geurig is. Af en toe even omscheppen en opletten dat het niet aanbrandt. Op smaak maken met zout en peper (en heel misschien een frietseltje suiker om de smaak van de koolrabi en de peentjes nog wat op te halen).

We aten er aardappelpuree, aangemaakt met melk en olijfolie, en lamskoteletjes bij.

Gesmoorde koolrabi

augustus 25th, 2011

Achterstallig onderhoud in de moestuin van Martine: ik scoor een koolrabi zo groot als een kinderkopje! Kan dat nog wat wezen…?
Bij het doorsnijden blijkt de koolrabi nog heerlijk sappig, en gelukkig nog niet erg vezelig. Dat geeft hoop!
Ik snijd hem in plakken en snijd de schil er heel ruim vanaf, zodat er echt geen vezels meer in zitten. Ook de kern vertoont wat vezeligheid, dus ook het hart van de plak snijd ik er ruim uit. (Je kunt het eigenlijk heel makkelijk testen door de stukjes rauw te eten, als ze lekker mals en knapperig zijn zijn ze goed.)

Ik snijd de koolrabi in kleine blokjes (ongeveer een vierkante centimeter) en smoor ze met een klontje boter, een klein theelepeltje suiker en wat zout gaar (heel iets water toegevoegd, nog geen centimeter in het pannetje). Intussen maak ik in een steelpannetje een roux door een klontje boter te smelten en daaraan een of twee eetlepels bloem toe te voegen. Roeren tot het een samenhangende bal is geworden zonder klontjes, een scheutje melk toevoegen, op laten koken en roeren tot de melk in de bal is opgenomen. Nog een scheutje melk toevoegen, enz., zelfde verhaal. Op dit punt kan ook het vocht van de inmiddels gare koolrabi erbij, tot er een mooi glad sausje is ontstaan. Dat gaat (met nog wat zout en peper) weer terug door de gare blokjes koolrabi.

We aten de koolrabi heerlijk Hollands, met gekookte aardappelen (Koopmans blauwe) en een runderworstje.

Diens nasi

augustus 23rd, 2011

Zo noemt H. het altijd: Diens nasi. Lijkt best veel op nasi van de chinees, maar is toch weer anders.

Zorg dat je gekookte rijst hebt. Liefst van een dagje oud. Je kan er ook op de dag zelf speciaal rijst voor koken, maar omdat de rijst dan nog vochtig is, ben je veel langer met  het bakken van de rijst bezig. Want dat is meteen de belangrijkste mededeling: nasi is gebakken rijst. En moet dus droog zijn.

Begin met een ui te snipperen. Giet een scheutje zonnebloemolie in een grote anti-aanbak-koekenpan. Doe de uitjes erin, en begin ze langzaam te bakken. Ondertussen snipper je een knoflookje en doet dat erbij in de pan. Omscheppen en mee laten fruiten. Vervolgens voeg je een schep rijst toe. Niet te groot, want de rijst moet goed droog kunnen worden tijdens het bakken. Druk je met de spaan de korrels van elkaar los in de pan: er mogen geen klontjes rijst aan elkaar blijven zitten. Als alle rijst rul is, en los van elkaar, voeg je de volgende schep rijst toe. Die krijgt dezelfde behandeling: omscheppen en de korrels losmaken terwijl je langzaam doorbakt. Zo gaat schepje voor schepje de rijst in de pan. Best veel werk, maar zo is het nu eenmaal het lekkerst. Neem er de tijd voor.

Er moet natuurlijk nog wat meer vulling door. Die ui is al heel belangrijk, maar er hoort ook prei in. Ik snijd dunne ringetjes van het groen, die ik nog een keertje doormidden snijd. Tijdens het bakken van de rijst voeg ik ook  beetje bij beetje deze preisnippers toe, de donkerste groene stukjes het eerst. Ze moeten net zo droog meebakken als de rijstkorrels. Ook kan je een schepje sambal aan de rijst toevoegen en meebakken. De rijst krijgt er een mooie gouden kleur van. Veel meer doe ik er niet in aan groente.

Voor je behoefte aan eiwitten heb je verschillende mogelijkheden: ik maak meestal kleine blokjes tahoe, die ik in een aparte koekenpan ook langzaam bak. Wat zout erover, zorgen dat ze goudgeel en droog gebakken zijn, en op het laatst aan de nasi toevoegen.
Maar je kunt ook op het laatst kleine garnaaltjes aan de nasi toevoegen. Of in kleine stukjes gesneden ham. Of een omeletje.

Maak de nasi op smaak met zout en peper en met het snippers van het jongste groen van de prei, dat hoeft nauwelijks meer mee te bakken. Ik doe er nog een heel klein snufje ve-tsin door. Het schijnt niet zo goed voor je hart te zijn, maar een mespuntje maakt de smaak hier wel áf.

Serveren met bv. komkommersalade, waar je wat sambal en een snufje suiker aan toevoegt.

Courgettesalade met mini-tomaatjes

augustus 21st, 2011

Voor het eerst in m’n leven heb ik rijpe tomaatjes, in allerlei kleurtjes, en ze zijn super. Ze zijn het waard om in een hele lekkere salade terecht te komen, en gelukkig heb ik ook hele lekkere kleine courgettes. Al gewoon heerlijk om zo te eten in dunne plakjes…

Schaaf de courgetjes met een dunschiller in de lengte in dunne plakken en leg ze in een mooie schaal. Snijd een flinke teen knoflook in hele kleine snippers en laat die in een plas olijfolie even aanzweten tot de geur eraf komt. Ze mogen in geen geval bruin worden! Giet de knoflook met de olijfolie over de courgette, besprenkel met wat balsamicoazijn, zout en peper, en roer om. Ten slotte de in kwartjes gesneden tomaatjes er op leggen. Smullen!

Gesmoorde eeuwig moes

augustus 16th, 2011

Durf ik het nog? Weer eens te publiceren over eeuwig moes? Na de vakantie is de struik tot belachelijke proporties uitgegroeid, en wieden of snoeien is bij mij synoniem aan oogsten, inmiddels.

In verband met de hoeveelheid neem ik dus grove maatregelen, en durf voor het eerst hem als groente solo te serveren: de bladeren plukken, van de harde nerf ontdoen en in smalle reepjes snijden. In een klein laagje water gaar laten worden, afgieten en op smaak maken met een flinke klont boter, zout en peper.

Viel echt niet tegen, robuuste smaak en gelukkig niet te hard. We aten het als groente samen met gebakken aardappeltjes, gekookte worteltjes en gestoofde mul.

Gemarineerde aubergines

juli 28th, 2011

Veel complimentjes gehad over mijn aubergine-antipasti: snijd een kilo aubergines in de lengte in heel dunne (zo’n 1/2 cm) plakken. Maak een marinade/vinaigrette van olijfolie, balsamico-azijn, verse tijm, zout en peper. Snijd twee tenen knoflook aan heel dunne plakjes.

Verhit een grillplaat, en kwast de aubergines in met een beetje olijfolie. Hoeft echt niet veel te zijn, wanneer je de aubergine lang en langzaam grilt worden ze vanzelf vochtiger en gaar. Gril ze op de grillplaat/grillpan tot ze gaar zijn en zwarte streepjes hebben. Neem de tijd, het grillen hoeft niet heel snel te gaan, maar de plakken moeten echt lekker gaar worden. Keer ze halverwege en bestrooi ze aan één kant met heel iets zout. Leg de gare plakken aubergine in één laag in een schaal en druppel er wat marinade over, leg her en der een plakje knoflook en wat tijm. Gril ondertussen de volgende portie aubergines en behandel ze op dezelfde manier.

Wanneer alle aubergine gegrild is en in laagjes in de schaal gelegd, de rest van de marinade er over verdelen (als er nog een rest is). Het hoeft zeker niet te soppen, met een gewicht erop komen alle plakken wel in aanraking met de marinade. Het gewicht er een paar dagen op laten om de plakken goed te marineren.

 

gemarineerde aubergineServeren als tapa/antipasti als je vijftig wordt…

Courgette/aardappelschotel

juli 16th, 2011

Alweer ‘één van de lekkerste recepten met courgette’.
Kook een pond vastkokende aardappeltjes 5 minuten voor. Snijd ze daarna in dunne schijfjes. Mag echt dun zijn, een paar millimeter dik. Snijd een zelfde hoeveelheid courgette in net zulke dunne schijfjes. Wanneer je hiervoor een tikje te groot gegroeide courgettes gebruikt, moet je ze misschien schillen (een goeie test daarvoor is om even met je nagel over de schil te gaan: als je de schil heel gemakkelijk beschadigt is hij nog mals genoeg).
Vet een ovenschaal in met olijfolie, en leg er dakpansgewijs een laagje courgetteschijfjes in. Schik daarop een laagje aardappelschijfjes, enzovoort, tot alles op is.

Roer in een kom crème fraiche met wat melk tot een sausje en voeg naar smaak zout en peper toe, eventueel nog wat bieslook toevoegen. Giet dit over de ovenschotel en zet  het geheel een half uurtje in de oven (200 graden) tot de bovenkant iets begint te kleuren en dien op. Errug lekker om de sappen met een beetje stokbrood te soppen.

En dit is ook een heerlijk recept om mee te variëren, bijvoorbeeld: wat kappertjes erdoor, wat kaas erover, dunne schijfjes tomaat ertussen…